‘Doordeweekse dingen’ is mijn blog. Over mislukte traktaties, dode poezen, drugsdealende astrologen, falend opvoeden, mijn ontmoeting met Conan de Barbaar en een existentiële crisis in Eurodisney.
“Nee Tarik,” zeg ik met klem, “dat is níét kabouter Plop!”
Kabouterrr Plop
vrijdag 17 februari, Pam van der Veen
De voorstelling is nog maar net begonnen of de juf heeft al tien keer naar hem gesist. Tarik, het jongetje op de stoel voor mij, leeft wat al te luidkeels mee met de toneelgebeurtenissen. Als hij aanwijzingen roept naar de acteurs, is zijn lichte accent hoorbaar.
“Achterrr je! Pazzop, daarrr staat die meisje!”
Ik ben mee als schoolreisjesmoeder. Ik buig me voorover en leg een hand op de beweeglijke rug van het jongetje. “Ssst, Tarik,” fluister ik. “Niet zo hard praten.”
“Waarom niet?”, vraagt hij verbaasd.
“Het is niet de bedoeling dat je erdoorheen schreeuwt,” leg ik uit.
Tarik haalt zijn schouders op. “Kabouterrr Plop!!” roept hij enthousiast. Op het toneel is zojuist een acteur verkleed als oude man verschenen, met oudemannenmasker en wollen muts.
“Kabouterrrr Plop!” roept Tarik nog eens. Blij kijkt hij achterom naar mij. “Kabouterrr Plop!”
“Dat is kabouter Plop niet,” antwoord ik.
Tarik houdt vol. “Ja, kabouterrr Plop, het is kabouterrr Plop!”
Ik buig me weer naar hem toe. “Ssst,” zeg ik. “Zachtjes praten. En het is niet kabouter Plop. Het is gewoon een oude man.”
Een paar seconden is het rustig op de stoel voor me. Dan verschijnt op het toneel een tweede figuur met muts en oudemannenmasker.
“Nog één!!” jubelt Tarik. “Nóg een kabouterrr Plop!!” Op en neer springend probeert hij de aandacht van de acteurs te trekken. “Kabouterrr Plop!!!! Kabouterrr Plop!!!”
Aan zijn shirt trek ik hem terug in zijn stoel. “Nee!” zeg ik met klem. “Allebei geen kabouter Plop! Gewoon twéé oude mannen!”
Het jongetje kijkt weer achterom, met zwartglanzende pupillen. “Echt wel! Het is kabouterrr Plop!!”
Ik sluit even mijn ogen en focus op mijn ademhaling. Niets aan de hand, zeg ik tegen mezelf. Whatever. Laat het los. Ik doe mijn ogen weer open.
“DAT IS NÍÉT KABOUTER PLOP!” roep ik veel te hard.
“Ssssstt!!!” sist de juf.
Gehuild van het lachen!
Oh pam haha, ik hoor ‘t je zeggen. Ik zzzeg je