Welkom op mijn blog. Over mislukte traktaties, drugsdealende astrologen, mijn ontmoeting met Conan de Barbaar en een existentiële crisis in Eurodisney.

Even hebben we een visioen van een urn die over het wegdek stuitert en de restanten van onze moeder die neerdalen op de A28

As

dinsdag 4 augustus 2020, Pam van der Veen

Als de mevrouw van het crematorium naar achteren is om de as van onze moeder te halen, kijken mijn broer en ik rond in de winkel met urnen. ‘Deze is cool,’ zegt mijn broer, wijzend op een robuust biologisch afbreekbaar exemplaar. Maar in de hectiek rond het overlijden hadden we blijkbaar al iets anders gekozen, want de uitvaartmedewerkster komt uit de opslag met een zwart standaardmodel. Eerbiedig stopt ze het in een canvastasje en zet het voor ons neer. Terwijl ik ernaar kijk, wordt het heel stil in mijn hoofd. In mijn hart gaat een laatje open, met daarin een nieuwe dosis besef: ze is echt dood, mijn moeder. En: alles bestaat tegelijk. Dood en leven, rouw en zachtheid, pijn en zin om te lachen.

‘Gaat het?’ vraagt de crematoriummevrouw na een tijdje. ‘Ja. Nee. Ik weet niet,’ antwoord ik, want wat ik voel, laat zich lastig onder woorden brengen. De vrouw doet alsnog een poging: ‘Het is een leegte hè? Een groot gemis?’ Ik knik, om ervan af te zijn.

Mijn broer draagt het tasje over de parkeerplaats. Ik sla mijn arm om zijn schouder. ‘Goed dat je toch niet op de motor bent,’ zeg ik. ‘En dan ik achterop met die urn…’ Even hebben we een gezamenlijk visioen van de kunststoffen container die over het wegdek stuitert, een losschietende deksel en de restanten van onze moeder die neerdalen op de A28.

We stappen in de auto, ik op de bijrijdersstoel, de urn op mijn schoot. Mijn broer vertelt over het klusbaantje waarmee hij is gestopt, omdat hij aldoor op pad werd gestuurd met een bleke, broodmagere Pool wiens dagprogramma bestond uit trillend afkicken van de wodka en luidkeels ‘Kurwa! Kurwa! Katastrofa!’ roepen. Dat betekent zoveel als ‘Hoer! Hoer! Wat een ramp!’, vertaalt mijn broer. Ik lach, mijn handen stevig geklemd om de as van mijn moeder. Zij zou het ook een goed verhaal gevonden hebben. Wodka zat weliswaar niet in haar drankrepertoire, maar een bloemrijke Balkanvloek kon ze zeker waarderen.

Op de begraafplaats in ons geboortedorp, waar onze moeder bijgezet wilde worden, zoeken we een plek uit waar haar urn straks komt te staan. Weifelend kijken we naar de voorbeeldteksten op de steen waarmee de nis wordt afgesloten. De keuze in letterypes is beperkt: Times, Arial, al dan niet cursief. Maar welke tekst zetten we op de sluitsteen? ‘Dit was het dan?’ oppert mijn broer. Ik denk aan de moeder van de Franse kunstenaar Sophie Calle, die op haar grafsteen ‘Ik verveel me nu al’ had staan. ‘Misschien gewoon “Proost”?’ grap ik. ‘In elk geval lekker kort.’

We stoppen ons aanvraagformulier in de brievenbus van het kerkhofje, dwalen er nog even rond en bewonderen de torenhoge treurbeuken die hun takken stemmig over de graven laten hangen. Dan rijden we naar mijn huis, waar we onze moeder op de eettafel zetten en bij haar aanschuiven met een passend eerbetoon: twee goed gemixte gin-tonics. We klinken onze glazen en kijken even zwijgend naar de urn. ‘Toch voel je dat zij het is,’ zegt mijn broer. ‘Al blijft het moeilijk te bevatten.’

7 antwoorden
  1. Marja
    Marja zegt:

    Nou, Jezus, daar voel ik ook weer van alles bij lieve Pam en Tijn. Ze zou hier in Z-Fr zeggen: wat heerlijk dat ze hier in elke hut oesters hebben! En de wijn kan er ook helemaal mee door!❣️

    Beantwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Recent

Archief